Butcher’s Crossing

Butcher’s Crossing, het boek dat meer dan 50 jaar geleden voor het eerst verscheen, is een eigentijdse western die de lezer van nu 300 pagina’s lang in zijn greep weet te houden.

Butcher’s Crossing brengt geen nieuwe vertelvorm of origineel avontuur, maar bewijst des te meer het schrijverstalent van Williams. In de vorm van de traditionele western vertelt hij het verhaal van de jonge Will Andrews die, compleet met paard en cowboyhoed, de wildernis intrekt om de vrijheid te zoeken. Hij verlaat Butcher’s Crossing, een klein stadje waar nooit wat gebeurt, richting het Coloradoterritorium, met als doel om een enorme kudde bizons te slachten, te villen en de huiden met een enorme winst te verkopen.

Charley Hoge, een man die evenveel van whiskey als van God houdt, bestuurt de wagen met acht ossen ervoor gespannen. Miller, de leider van de groep, weet ergens anders nog een oude kennis op te duiken die ervaring heeft met het villen van de dieren. De vier mannen gaan het gevecht met de ongerepte prairie aan op weg naar de vallei, waar volgens Miller duizenden bizons zich te goed doen aan het groene gras. Hoewel de jacht succesvol is, neemt de reis meer tijd in beslag dan de geplande twee weken: de mannen raken ingesneeuwd met hun stapels bizonhuiden en zitten ruim een jaar vast in de vallei. Dat is waar het verhaal pas echt interessant wordt. De lezer waant zich in een wereld die doet denken aan Jon Krakauer’s De wildernis in, waarin personages de genadeloze natuur recht in de ogen kijken. De mannen krijgen te maken met de brandende zon en een gebrek aan water, maar ook met bijtende kou en blauwe vingers. Dan zijn er nog de menselijke gevoelens die meespelen – het verlangen naar een vrouwenlichaam, een warme douche, een zacht bed.

[quote]Het Amerikaanse ideaal van de vrije, onafhankelijke man in een nieuw jasje[/quote]

De mannen hebben enkel elkaar, een slinkende voorraad koffie en elke avond bizonvlees. Dit is wat het heruitgegeven boek van de in 1994 overleden Williams zijn kracht geeft: dat je wilt reizen, dat je met minimale bagage de wildernis in wilt trekken, met alle risico’s van dien. Daarom zie je niet helemaal lekker lopende zinnen door de vingers en vergeef je Williams voor het feit dat hij eigenlijk niets anders doet dan het Amerikaanse ideaal van de vrije, onafhankelijke man in een nieuw jasje steken. Je voelt je schouder bijna schokken bij de terugslag van Miller’s geweer, je voelt je keel haast uitdrogen als de mannen zich door de droge hitte slepen en je ervaart net zozeer als de helden uit het verhaal wat het met je doet als je daarna het stromende water van de rivier hoort. Dat is wat een schrijver goed maakt.

Hoewel het boek in eerste instantie symbool lijkt te staan voor de menselijke drang naar vrijheid en avontuur, eindigt Butcher’s Crossing met een nogal sombere ondertoon. De conclusie die de hoofdpersoon trekt over wat een mens drijft, is een stuk negatiever dan hoe hij er aan het begin van het boek tegenover lijkt te staan. Misschien maar goed ook, want als het anders was gelopen, zat ik nu misschien ook met een tentje en een tondeldoos in gevecht met Moeder Aarde. Maar nu kan ik vooral de luxe van een warm bad en een kop dampende koffie in de ochtend waarderen.

Butcher's crossing

Boekgegevens

John Williams, Butcher’s Crossing, vertaling: Edzard Krol, Uitgeverij Lebowski, ISBN 978 90 488 1674 3 (€ 19,95)

Dit artikel verscheen eerder in de Boekenkrant, editie februari 2014.

Berichten gemaakt 5313

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven