Column Lex Jansen: Kijkers en lezers

Al vanaf het prille begin van de cinematografie bestaat er een warme band tussen literatuur en film. Net als schrijvers zijn filmers in de eerste plaats verhalenvertellers. Over boeken wordt als aanbeveling vaak gezegd dat ze filmisch geschreven zijn. In mijn tijd als uitgever van De Arbeiderspers zijn er verschillende verfilmingen geweest van titels die bij ons in boekvorm waren verschenen. Ik denk bijvoorbeeld aan No Country for Old Men en The Road van Cormac McCarthy, van wie overigens ook andere boeken verfilmd zijn, aan Revolutionary Road van Richard Yates, of aan La Possibilité d’une île van Michel Houellebecq. Hij schreef niet alleen de roman, maar regisseerde ook de gelijknamige film. Het ging echter niet alleen om buitenlandse auteurs. Van Tessa de Loo werd onder andere De tweeling verfilmd en van Maarten ’t Hart Het woeden der gehele wereld, maar er waren ook arthouse films, zoals Magonia van Arthur Japin, verfilmd door Ineke Smits. In al deze voorbeelden hield de auteur bij het schrijven van zijn boek geen rekening met een mogelijke verfilming. Anders was dat bij Bruidsvlucht van Marieke van der Pol. Zij was scenariste van de film Bride Flight van regisseur Ben Sombogaart. Voor deze film had Marieke heel veel research gedaan, maar ze kon lang niet alles van wat ze gevonden had in de film gebruiken. Toen ze daar met mij en producenten Hanneke Niens en Anton Smit over sprak, ontstond het idee om een roman te schrijven over hetzelfde onderwerp. We kozen een Nederlandstalige variant op de filmtitel en publiceerden Bruidsvlucht ongeveer een half jaar voor de première van de film, in Tuschinski. Het verhaal gaat over drie jonge vrouwen die ontsnappen aan de beklemmende naoorlogse sfeer in Nederland door naar Nieuw-Zeeland te vertrekken. Ze zijn deelneemsters aan een internationale luchtrace – de Last Great Air Race van Londen naar Christ Church (1953) – die ‘gewonnen’ werd door het KLM-vliegtuig, waarin naast de drie hoofpersonen uit het boek nog een groot aantal andere bruiden zaten, die in Nederland ‘met de handschoen’ waren getrouwd om hun echtgenoot pas in Christchurch voor het eerst in het echt te zien. In het boek en de film volgen we de levens van Ada, Esther en Marjorie. Het zijn meeslepende verhalen, gebaseerd op de historische werkelijkheid. Het was een gok, misschien, maar zowel de roman als daarna ook de film werden een groot succes. In een tijd waarin Netflix en vergelijkbare platforms steeds meer abonnees krijgen, is het goed te bedenken dat film en boek elkaar kunnen versterken. Kijkers worden lezers, zoals lezers kijkers zijn.

Deze column verscheen eerder in de Boekenkrant, editie mei 2020.

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven