Boekfragment: Wie noemde haar zwak?

San Antonio, Texas. Om haar zus uit een sekte te bevrijden wil de Nederlandse Pascal Stark als man verkleed toetreden. Een thriller met humor. Zelfoverwinning als thema. Kijk op www.clemensvanbrunschot.nl.

Ze schrok toen ze haar kamer binnenkwam: hier was iemand geweest! De politie was echt op zoek naar haar! Snel kleedde ze zich om, ontdeed zich van alles wat naar Pascal Stark of Nederland verwees, deed de mannenkleren en het boekje van Billy Graham in een plastic tasje van het winkelcentrum. Nog een tandenborstel en dan maken dat ze haar kamer uitkwam!
Vanachter de balie loerde Peter in haar richting. ‘Mevrouw Stark?’ Zo heet ik niet, dacht ze. Niet kijken.
‘Tijd voor iets heel anders?’ hoorde ze nog roepen, maar ze stond al buiten en ging rechts. Smut! Ze werd dus nog steeds herkend! Als Peter nu de politie belde, wisten ze het meteen van haar nieuwe uiterlijk. Ze rende naar de hoek van de straat, maar bedacht zich.
Toen kwam er zo’n witte politiewagen de hoek om zeilen en Pascal was heel blij dat ze weer rustig liep. Haar hart klopte zwaar in de keel en ze durfde niet naar de agenten te kijken. Die gingen  gelukkig voorbij, naar de ingang van het hotel en zij was de hoek om. Konden die nu al gebeld zijn? Over tien, twintig seconden kwamen ze achter haar aan. Ze dook rechts Peacock Alley in. Ze sloeg de klep van de eerste de beste groene container omhoog en een walgelijke lucht benam haar de adem, toen ze zich aan haar dunne armen ophees. Het vuilnis lag een meter lager en er zat ook een hoop papier tussen, gelukkig, maar smurrie zag ze ook. Ze zat al op de rand toen ze een politiesirene hoorde. Dat maakte het gemakkelijker. Ze greep de rand van de klep en liet zich schuin achterover vallen, waarbij de klep zich sloot. Een halve meter zakte ze in de stinkende troep. In het stikdonker. Maar ze was compleet, niet gewond. Hijgen deed ze wel en een ziekmakende lucht binnenkrijgen ook, een lucht van bedorven eieren, dood ongedierte, rottend keukenafval.
De sirenes waren Peacock Alley voorbijgegaan, maar Pascal verwachtte ze ieder moment terug. Nou hopen dat niemand haar zou verraden. En dat hier geen ratten zaten. Ze luisterde, maar hoorde niets ritselen. Zo meteen werd het hyperventileren. Ze kon de klep opendoen voor frisse lucht, maar dan kreeg ze nog meer zuurstof binnen. Met één voet maakte ze toch een kiertje.
‘Alles achter me gelaten,’ zei ze. En: ‘Mag ik me even voorstellen? Felix Witlox.’
Uit haar zak wurmde ze het telefoontje. Lucas moest nu in het hotel zijn. Dat was alweer een risico, zo snel mogelijk moest ze hem daar weg zien te hebben.
‘Lucas, met Pascal.’ Het klonk raar in een plastic vuilcontainer.
‘Hoi, Pascal, ik sta voor het hotel te wachten.’
‘Lucas, je moet me even niets vragen nu, maar doen wat ik zeg. Oké? Ga niet naar binnen, maar naar de hoek van de straat links als je voor de uitgang staat. En daar rechts. Au!’
Pascal begon om zich heen te slaan.

Wie noemde haar zwak afb

Boekgegevens

Clemens van Brunschot, Wie noemde haar zwak?, Uitgeverij Zilverspoor, ISBN 978 94 907 6754 9 (€ 19,95)

Dit boekfragment verscheen in de Boekenkrant, editie juni 2014.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven