Boekfragment: Not dead yet

In deze onthullende biografie gaat Phil Collins niet alleen in op zijn carrière, maar praat hij ook openhartig over zijn privéleven. Dit boek geeft een beeld van Phil Collins dat slechts weinig mensen kennen.

Ik hoor niks.
Hoe ik ook probeer de blokkade los te wrijven, mijn rechteroor is onverzettelijk. Ik probeer wat te wrikken met een wattenstaafje. Ik weet dat het niet wordt aangeraden – het trommelvlies is kwetsbaar, vooral als het een leven lang onderworpen is geweest aan drummen. Maar ik ben wanhopig. Mijn rechteroor is kapot. En dat is juist mijn goede oor; mijn linker is al tien jaar wat zwak. Is dit het dan? Heeft de muziek voor mij zijn tol geëist? Ben ik nu doof?

Het gevoel van een goed verlopen optreden had ik eigenlijk niet meer verwacht nog eens mee te maken. Toen ik me in 2005 terugtrok uit de solotournees, in 2007 uit Genesis, en in 2010 uit mijn carrière van muziekopnamen, was ik ervan overtuigd dat het allemaal was afgelopen. Maar ik was er dan ook een halve eeuw mee bezig geweest – spelen, schrijven, optreden, entertainen. De muziek had me meer gebracht dan ik me ooit had kunnen voorstellen, maar de muziek had me ook meer afgenomen dan ik ooit had kunnen vrezen. Ik was er klaar mee.
En toch merk ik hier in Miami, in maart 2016, dat de muziek het tegengestelde doet van wat ze jarenlang gedaan heeft. In plaats van me te scheiden van mijn kinderen, van Simon, Nic, Matt en hun zussen Joely en Lily, verbindt de muziek me juist met hen.
Als iets overal de spinnenwebben vanaf blaast, is het wel spelen met je kinderen. Ik zou voor nog geen miljard dollar per dag weer op pad gaan om Genesis opnieuw bijeen te brengen. Maar voor een kans om samen met mijn jongen op te treden misschien wel.
Maar voordat we verdergaan, moeten we eerst teruggaan. Hoe ben ik hier gekomen, en waarom ben ik hier gekomen? Dit boek is mijn waarheid over de dingen. Wat er gebeurde, wat er niet gebeurde. Er worden geen rekeningen vereffend, maar er wordt enig onrecht rechtgezet.
Toen ik terugging in de tijd en naar mijn verleden keek, deden zich wel degelijk enkele verrassingen voor. Bijvoorbeeld: hoeveel ik altijd heb gewerkt. Ook wie zich de jaren zeventig kan herinneren, was vast niet bij net zoveel Genesis-optredens als ik, Tony Banks,
Peter Gabriel, Steve Hackett en Mike Rutherford. En wie zich de jaren tachtig kan herinneren: ik vind het jammer wat mij en Live Aid betreft.
Het is 2016 en we hebben al veel van mijn oude leeftijdgenoten verloren, en ik heb dus reden gehad om na te denken over mijn sterfelijkheid, mijn zwakheid. Maar ik heb ook dankzij mijn kinderen moeten nadenken over mijn toekomst.
Nee, nog niet doof. Nee, nog niet dood.

Toch zijn dit geen nieuwe gewaarwordingen. Ik werd geraakt door de dood toen mijn vader juist overleed op het punt dat de keuze van zijn hippiezoon voor een leven in de muziek in plaats van een leven in de verzekeringsbranche vruchten begon af te werpen. Later was ik volkomen overrompeld toen binnen twee jaar na elkaar Keith Moon en John Bonham overleden, beiden nog maar tweeëndertig jaar. Ik aanbad hen. Ik dacht toen: deze jongens horen er voor altijd te zijn. Ze zijn onverwoestbaar. Het zijn drummers.
Ik ben Phil Collins en ik ben drummer, en ik weet dat ik niet onverwoestbaar ben. Dit is mijn verhaal.

25-bf-05-unieboek-spectrum-not-dead-yet-afb

Boekgegevens

Phil Collins, Not dead yet, Uitgeverij Spectrum, vertaling: Albert Witteveen, 448 pagina’s, ISBN 978 90 003 5041 4 (€ 19,99)

Dit boekfragment verscheen eerder in de Boekenkrant, editie november 2016

Berichten gemaakt 5313

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven