Vieze liedjes: lief en ontzettend grappig

In de zeventiende en achttiende eeuw kende ons land een rijke liedcultuur. Rijk en arm, jong en oud, man en vrouw, bij het werk, in de kroeg en op straat, overal werd gezongen en door iedereen. Het erotische lied was ruim aanwezig in het repertoire.

Annemieke Houben (1981) studeerde historische letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Voor het Meertens Instituut deed zij enige jaren onderzoek naar zeventiende- en achttiende-eeuwse liedteksten. Als afsluiting van dat project besloot zij voor collega’s en vrienden de leukste liedjes die ze was tegengekomen te bundelen. Daar zaten aardig wat scabreuze teksten tussen. Uiteindelijk werden het er zoveel, dat Houben besloot naar een uitgever te stappen. Dat resulteerde in een boek met 95 ‘vieze’ liedjes. Houben vond de meeste liedjes in historische liedboeken. ‘Die waren heel populair in die tijd. Er stonden liederen over alle onderwerpen in. Ondeugende liedjes stonden daar gewoon tussen,’ vertelt ze. ‘Die gingen over alle mogelijke thema’s: exotische meisjes uit Indië en Afrika, geslachtsziektes, impotentie. Ook bruiloftsliederen waren geliefd. Vaak zijn dat een soort instructies voor de huwelijksnacht. Eén van mijn favoriete teksten is het lied van drie vrouwen die van de stadsmuur in Utrecht plassen en daarbij worden bespied door een soldaat. Die raakt daar nogal opgewonden van. Ook is er een lied over een man die in gesprek is met zijn penis. Heel leuk, vind ik dat.’

[quote]‘Ook is er een lied over een man die in gesprek is met zijn penis. Heel leuk, vind ik dat.’[/quote]

Vaak is niet bekend wie de teksten hebben geschreven. ‘Voor zover we het wel weten, betrof het jonge mannen. Maar ouderen en vrouwen zongen ze net zo hard mee, hoor. De teksten worden veelal wel verteld vanuit het mannelijk standpunt en vanuit stedelijk perspectief. Dat laatste kan een gevolg zijn van het feit dat vooral liedboeken uit Amsterdam bewaard zijn gebleven.’ Het zingen van erotische teksten zal zeker niet alleen aan de Nederlanders zijn voorbehouden, maar volgens Houben is er wel een grote hoeveelheid liedboeken bewaard gebleven in ons land. ‘Het is eigenlijk vreemd dat er nog maar zo weinig is gepubliceerd over deze materie en dat de teksten zelf zelfs helemaal nooit eerder gepubliceerd zijn,’ meent de onderzoekster. ‘Dankzij de liedboeken hebben we opeens toegang tot bronnen die tot op heden onaangeroerd waren.’ Waarom wellustige liedjes zo geliefd waren, vindt Houben moeilijk om te zeggen. ‘Waarschijnlijk omdat men zich ermee afzette tegen het gezag. Dat is van alle tijden. In feite is er één lange lijn te zien in zowel de zangcultuur als in de erotische cultuur vanaf de Middeleeuwen naar de zeventiende en achttiende eeuw. Maar daarna wordt het opeens akelig stil. In de negentiende eeuw werd een beschavingsoffensief gevoerd in ons land. Dat heeft een enorme impact gehad op de muziek en de zang. Schunnige liedjes verdwenen bijna helemaal.

Veel mensen veronderstellen een overeenkomst tussen de zeventiende- en achttiende-eeuwse liedteksten en die van onze hedendaagse rappers. Houben ontkent dat echter: ‘Rappers zijn inderdaad net zo expliciet in hun taalgebruik als de zeventiende- en achttiende- eeuwers. Maar rapteksten zijn vaak zo agressief. Daar is in de teksten die heb onderzocht geen sprake van. Die zijn allemaal heel lief en ontzettend grappig.’

om.Viezeliedjes

Boekgegevens

Annemieke Houben, Vieze liedjes uit de 17e en 18e eeuw, uitgeverij Vantilt, ISBN 978 94 6004 169 3 (€ 19,95)

Dit artikel verscheen eerder in de Boekenkrant, editie november 2014.

Berichten gemaakt 5304

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven