Door Paula Groot
De hold up in het bankgebouw lijkt veeleer een kinderpartijtje dan een gijzeling. Omar is allesbehalve nors en gewelddadig. Tegen een gillende vrouw zegt hij kalm: ‘Mevrouw, wilt u alstublieft rustig worden, ik word erg nerveus van u.’ Later vraagt hij vrolijk: ‘Wie wil er pizza?’
De gijzeling wordt afgewisseld met sterke flashbacks over de tijd in de jeugdgevangenis. Het verhaal krijgt door scherpe details al snel meer diepgang. De straattaal van de jeugdige criminelen, woorden als ‘chill’, ‘bitch’ en ‘bradda’, maakt van de hoofdpersonen realistische personages. Je raakt betrokken bij Omar en Joost en hun vriendschap die door een meisje zwaar op de proef wordt gesteld. Daarnaast wordt de oorlog in Afghanistan aan de kaak gesteld. Het gaat daarbij om de angst waarmee de Afghanen elke dag leven en de schade die de Amerikaanse bombardementen aanrichten. Bad boys for life omvat zo veel verschillende thema’s. Het harde leven in Oosterdel, de vriendschap tussen Omar en Joost, Omars gevoel van discriminatie op grond van zijn culturele identiteit, Joost zijn angst om zijn jeugd te moeten doorbrengen in de gevangenis en Omars reis naar Afghanistan waar een oorlog woedt. Ondanks het geringe aantal pagina’s zit er voldoende diepgang in het verhaal. Het krijgt je door de details en de bijzondere personages meteen in zijn greep en laat je niet meer los.
Vrank Post, Bad boys for life, Manteau, ISBN 978 90 223 2253 6 (€ 13,95)
Chill, bitch en bradda
