Boekfragment: Half Face

Juliette hoopt de nare herinneringen aan een overval op de Valenburgse Bank achter zich te laten door te getuigen tegen de Ierse crimineel Half Face, die tijdens de overval zoveel mensen heeft vermoord. De vraag is of hij echt is bezeten door een demon, zoals hij zelf zegt, of dat hij wordt belaagd door zijn eigen geest.

Hij heeft donkere tatoeages die bijna elke zichtbare centimeter van zijn lichaam bedekken. Ook zijn gezicht, waar de inkt een verontrustend masker vormt: de ene helft is zwart als teer, de andere wit als een halve maan. Dat wit wordt enkel doorbroken door de dikke zwarte lijnen die van zijn neusbrug naar zijn slaap kronkelen. Juist die duisternis laat zijn ogen schrikbarend fel oplichten. Ik kijk van de foto weg, geen zin om die blik onder ogen te komen. Het idee dat ik hem over enkele minuten in het echt moet zien maakt mijn handen klam van het zweet. Op dit moment is Harry Derksen nog in de rechtszaal om te getuigen. Hij zal het wel redden; Harry is een brede, sterke man. Ik zag vanochtend een hoop woede in zijn ogen, toen we ons meldden bij de portier. Een hoop woede, maar geen angst. 
Ik weet niet zeker of ík het wel ga redden. Terwijl de dag van de zitting dichterbij kroop, vulden mijn nachten zich met beklemmende angstdromen. Nu ik hier eindelijk ben, wilde ik dat ik er nooit mee had ingestemd. De kamer waarin ik wacht is klein en niet echt aangenaam. Ik zit op één van de twee aanwezige stoelen en vlecht mijn vingers samen op het tafelblad. Naast me staat een kop koude thee. Ik heb er nauwelijks van gedronken. De andere stoel wordt bezet door een zwijgende bode. Ik heb een hekel aan deze kamer. Ik haat de stilte. Van ergens verderop in de gang komt het zachte geluid van een deur die open en dichtgaat. Verwachtingsvol kijk ik op, maar de bode schudt haar hoofd. ‘Je bent om drie uur aan de beurt, eerder wordt het niet. Wil je nog meer thee?’ voegt ze er veel vriendelijker aan toe, alsof ze zich ineens herinnert dat ik niet degene ben die vandaag veroordeeld wordt. Ik ben slechts één van de weinige bofkonten die de overval op de Valenburgse Bank heeft overleefd, toen de misdadiger genaamd ‘Half Face’ besloot daar zijn geluk te beproeven. De stilte en de lege kamer zijn er alleen om een eerlijk proces te garanderen – dat is tenminste wat ze me verteld hebben. Ze willen niet dat hun getuigen van buitenaf worden beïnvloed. Ik zie niet in waarom dat er nog toe doet. Half Face werd ingerekend toen het bloed van zijn slachtoffers nog warm aan zijn handen kleefde. ‘Nee, bedankt,’ mompel ik. Ik schuif ongemakkelijk in mijn stoel heen en weer. Mijn kleren plakken tegen mijn rug. Ik draag een knielange rok en een blouse met lange mouwen, de netste combinatie die ik kon maken terwijl de temperatuur buiten bijna tropisch is. Zelfs in deze kamer, weggestopt tussen kille hallen en marmeren pilaren, lijkt het alsof de zwaartekracht door de hitte nog zwaarder wordt. Ik werp een blik op mijn horloge. Nog een kwartier te gaan. Dat voelt te snel en te langzaam tegelijk. In mijn gedachten loop ik de woorden na die ik geoefend heb. Wat als ik alles vergeet? Wat als ik een black-out krijg, of moet huilen? Ik wil niet huilen als hij me kan zien. Nee, dat mag niet gebeuren.

Boekgegevens

Mara Li, Half Face, Dutch Venture Publishing, ISBN: 9789492585325, 250 pagina’s(€ 15,00)

Dit boekfragment verscheen eerder in de Boekenkrant, editie 7 januari 2019.

Berichten gemaakt 5283

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven