Boekfragment: De familiereünie

De nieuwe roman van Tatiana de Rosnay, de schrijfster van Haar naam was Sarah, gaat over Paul Malegarde, een beroemd bomenkenner. Samen met zijn vrouw en twee dochters is hij op familieweekend in Parijs.

Aan het einde van de dag gaat Linden kijken hoe het met zijn vader is. Hij klopt zachtjes aan bij kamer 37 en zijn moeder doet open. Ze heeft haar leesbril op en haar mobieltje in haar hand. Achter haar ziet hij zijn vader in bed liggen. Lauren fluistert dat hij lekker slaapt. Ze heeft de tafel die ze voor vanavond had gereserveerd afgezegd. Eten bij het gezellige restaurant La Rotonde aan de boulevard du Montparnasse is geen goed idee nu zijn vader zich niet goed voelt. Ze zal straks iets bij de roomservice bestellen, dus kunnen Tilia en hij doen waar ze zin in hebben. Linden overweegt even met zijn zus uit eten te gaan. Dat is aanlokkelijk, want het is altijd leuk met Tilia – ze heeft altijd grappige verhalen te vertellen –, maar omdat dit een familieweekend is en ze toch al drie hele dagen met elkaar zullen optrekken, kan hij zijn onverwachte vrijheid maar beter gebruiken om een van zijn oude vrienden op te zoeken. Dit zegt hij tegen zijn moeder. Tilia zal het niet erg vinden.
Linden loopt op zijn tenen naar het bed om naar het gezicht van zijn vader te kijken. Zijn huid is nog steeds grauw en doorgroefd.
‘Gaat het wel goed met hem?’ vraagt hij zijn moeder ongerust.
Zouden ze geen dokter moeten bellen? De vingers van Lauren vliegen over de toetsen van haar mobieltje. Paul ziet er doodsbleek uit, beaamt ze, maar hij knapt wel weer op, ze maakt zich geen zorgen. Hij heeft de laatste tijd weer eens te veel hooi op zijn vork genomen, voegt ze eraan toe terwijl ze haar bril op haar hoofd zet. Paul kan nooit nee zeggen als er weer een boom moet worden gered, zelfs niet als hij daarvoor helemaal naar de andere kant van het land moet. Sinds de zomer heeft hij geen moment rust gehad. En als hij thuis is, trekt hij er steeds op uit en struint hij het hele land- goed af om te kijken hoe zijn dierbare lindebomen erbij staan. Het heeft haar de grootste moeite gekost om hem over te halen mee naar Parijs te gaan, zegt ze fluisterend. Ze weten allemaal dat hij een hekel heeft aan Parijs.
Voor zover Linden weet is zijn vader slechts één keer in Parijs geweest, en ook nog zeer kort. Paul Malegarde is geworteld in de natuur. Zijn vroegste herinnering aan zijn vader was toen die vergezeld door Vandeleur, zijn trouwe tuinman, en gevolgd door een paar honden, met vaste tred over het rotsige land van Vénozan liep. De handen van Paul leken altijd smerig, maar Linden kwam er al snel achter dat ze niet onder het vuil zaten, maar onder de aarde en het fijne poeder van bast. Zijn vader streelde bomen alsof het de dierbaarste schepsels ter wereld waren. Een boom is net zo levend als zij, zei Paul altijd tegen zijn zoontje als hij hem optilde om hem de ruwe bast te laten voelen. Een boom moet vechten om in leven te blijven, zei zijn vader, elke seconde; hij moet vechten voor water, ruimte en licht, hij moet zich weren tegen hitte, droogte, kou en parasieten; hij moet zich beschermen tegen stormen en hoe groter de boom, hoe kwetsbaarder hij is voor de wind.

Boekgegevens

Tatiana de Rosnay, De familiereünie, vertaling: Caecile de Hoog en Noor Koch, Uitgeverij Ambo|Anthos (€ 19,99)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie juli 2018.

Berichten gemaakt 5307

Eén gedachte over “Boekfragment: De familiereünie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven